Werkprogramma 2021 - 2023

Het gezag van de overheid staat ter discussie en de interbestuurlijke verhoudingen behoeven hoognodig verbetering. Dit zijn dan ook de twee dominante thema’s in het werkprogramma 2021-2023 van de Raad voor het Openbaar Bestuur.

Van het openbaar bestuur wordt de komende jaren het uiterste gevraagd om de grote opgaven van deze tijd het hoofd te bieden. En dat in een tijd waarin de coronacrisis het vertrouwen van mensen in de overheid sterk heeft gepolariseerd. Bovendien is, met onder andere de kinderopvangtoeslagaffaire, pijnlijk duidelijk geworden hoe moeilijk het is om politieke wensen en doelen in goed uitvoerbaar en uitlegbaar beleid te vertalen.

Ook de decentralisaties van taken naar gemeenten laten dat zien. Het gesteggel over (onder meer) de financiën hebben de verhoudingen tussen de overheden geen goed gedaan. Want uiteindelijk zijn burgers de dupe van ruziënde bestuurders. Daarmee liggen voor de Raad voor het Openbaar Bestuur de twee leidende thema’s voor de komende twee jaar voor het oprapen.

Trajecten Gezag van de overheid

Voor de legitimiteit en effectiviteit van het optreden van de overheid is het cruciaal dat mensen de overheid gezag toedichten. Gezag is wel iets ongrijpbaars. Incidenten, onduidelijk of falend beleid, gebrek aan transparantie over motieven van beleid en misbruik van macht kunnen het gezag van de overheid snel en ingrijpend aantasten. Het (terug)winnen van gezag is aanzienlijk lastiger. Een overheid die handelt vanuit waarden als rechtvaardigheid, rechtmatigheid en openheid kan gezag verwerven, maar dat gaat niet vanzelf.

Het eerste jaar voert de Raad in ieder geval de volgende drie trajecten uit:

Trajecten Interbestuurlijke en financiële verhoudingen

Ondanks de ruim aanwezige goede wil om als één overheid te werken aan de grote maatschappelijke opgaven van deze tijd, lukt het de partijen niet om de discussie over de verdeling van bevoegdheden, taken en financiën te verruilen voor een inhoudelijk gesprek over de urgente vraagstukken. In 2021 bracht de Raad drie rapporten uit met tal van adviezen over hoe gedoe over de getroebleerde verhoudingen kan worden vervangen door een inhoudelijke dialoog: Rust-Reinheid-Regelmaat, Rol nemen, ruimte geven en Droomland of niemandsland?

De Raad verwacht niet dat hij met de publicatie van deze adviesrapporten klaar is met dit onderwerp. Hij denkt te kunnen helpen bij het oplossen van de bestaande knelpunten. Bovendien liggen er nog enkele verse, niet opgeloste knelpunten.

De volgende trajecten staan gepland in het eerste jaar van het Werkprogramma:

Samenwerking met andere adviesraden

De Raad voor het Openbaar Bestuur werkt samen met andere adviesraden en kennisinstellingen de komende periode aan de volgende trajecten:

  • De positie van jongeren: de Raad levert een bijdrage aan een studie van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (RVenS) en de Nederlandse Sportraad.
  • Vergeten Nederland: de Raad onderzoekt met de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) en de RVenS een gezamenlijk op te zetten traject naar groepen in de samenleving en delen van Nederland die politiek en maatschappelijk niet worden gezien.

Meer aandacht aan minder adviestrajecten

Bij de wettelijk verplichte vierjaarlijkse evaluatie concludeerde Bureau Berenschot onder meer dat de Raad kwalitatief goede adviezen aflevert, maar ook dat zijn advisering meer impact zou kunnen hebben. Daartoe moeten hij en zijn adviesvragers scherper kiezen; beter meer aandacht schenken aan minder adviestrajecten dan eenzelfde hoge productie blijven leveren waarbij de landing en nazorg van adviezen in het gedrang komen. Daarom bevat dit Werkprogramma twee leidende thema’s, maar nog geen volledig vastgestelde opsomming van adviestrajecten.