Advies 'Elke regio telt! Een nieuwe aanpak van verschillen tussen regio’s'

Regio’s in Nederland verschillen aanzienlijk van elkaar. Verschillen in bijvoorbeeld landschap en regionale cultuur geven Nederland karakter, maar veel andere verschillen tussen regio’s zijn onwenselijk.  Het tegengaan hiervan vergt stevige veranderingen in het rijksbeleid.

Beeld: Jenneke Drupsteen Grafische vormgeving

Aanleiding en adviesvraag
Hoewel Nederland relatief klein is, kent ons land aanzienlijke regionale verschillen. Die verschillen zijn er in landschappelijk en cultureel opzicht, maar ook als het gaat om de kansen die mensen hebben om een passende baan te vinden, om onderwijs te volgen op een goed bereikbare locatie en om gezond oud te worden. Bepaalde gebieden in Nederland, veelal gelegen aan de randen van ons land en buiten de  economische centrumgebieden, hebben te maken met een stapeling van achterstanden op meerdere aspecten. De achterstanden betreffen onder meer de hoogte van het gemiddelde inkomen, de kwaliteit van de leefomgeving, de beschikbaarheid van publieke voorzieningen zoals onderwijs, zorg en openbaar vervoer en de werkgelegenheid. Ook de beschikbaarheid van culturele voorzieningen en ontmoetingsplekken is in bepaalde regio’s minimaal en het is daar lastig om actieve verenigingen te behouden.

Dit advies staat stil bij de aard en omvang van de regionale verschillen en achterstanden en heeft tot doel om bij te dragen aan een nieuwe aanpak van regionale verschillen in brede welvaart, om daarmee Nederland als geheel sterker te maken. Drie adviesraden hebben hiervoor hun krachten gebundeld: de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli), de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB). Zij hebben zich gebogen over de volgende adviesvraag:

Wat is ervoor nodig om onwenselijke verschillen tussen regio’s te voorkomen dan wel te verkleinen, om zo de brede welvaart in alle regio’s van Nederland te bevorderen? Welke rol hebben de rijksoverheid en andere partijen daarbij te spelen?

Toelichting
De regionale verschillen in brede welvaart worden in ons land de laatste jaren groter en het overheidsbeleid draagt daaraan bij. Buiten de economische centrum­gebieden van Nederland verschralen en verdwijnen hoe langer hoe meer voorzieningen, onder andere op het gebied van bereikbaarheid, zorg, onder­wijs en cultuur. Dit leidt tot sociaal-economische tekorten en ook tot gezond­heidsachterstanden. Natuurlijk hebben wij ook gezien en gehoord dat veel mensen het leven in de regio’s buiten de economische centrumgebieden van Nederland waarderen en koesteren om allerlei redenen: ruimte, sociale verbondenheid, landschap of rust. Maar we zien teveel onwenselijke achter­standen in brede welvaart. Onwenselijk, omdat ze de vitaliteit en leefbaar­heid van gemeenschappen in de regio’s ondermijnen en voor Nederland als geheel tot nadelige effecten leiden. Wij stellen vast dat er in het huidige rijksbeleid sprake is van een focus op economische centrumgebieden en dat de over­heid geneigd is om vanuit een ‘macroperspectief’ op doelmatigheid te kijken naar investeringen en (semi)publieke voorzieningen, zonder daarbij oog te hebben voor de specifieke, regiogebonden context. Onderwerpen die urgent en van groot belang zijn in de regio’s buiten de economische centrumgebieden, zoals openbaarvervoerverbindingen, het op peil houden van het onderwijsaanbod en het aanbod van zorg, hebben vanuit een natio­naal macroperspectief op doelmatigheid slechts beperkte betekenis, omdat deze regio’s dunner bevolkt zijn en hun bijdrage aan de nationale economi­sche groei beperkter is.

Al met al richt het huidige rijksbeleid zich niet op het waarborgen van een basis van brede welvaart overal in het land. De beperkte aandacht voor regio’s buiten de economische centrumgebieden is extra problematisch als wordt meegewogen dat Nederland voor een aantal grote, nationale maat­schappelijke opgaven staat, zoals de klimaatadaptatie en de noodzakelijke transities in het energiesysteem, de landbouw en de economie. De aanpak van deze opgaven heeft alleen kans van slagen als het hele land eraan kan bijdragen en kan meeprofiteren van het resultaat. Dat vraagt om veerkrach­tige, vitale regio’s en een goede relatie tussen Rijk en regio’s. Daarnaast loopt de groei van de economisch sterke regio’s tegen grenzen van leefbaar­heid aan waardoor daar nieuwe knelpunten dreigen te ontstaan op het gebied van onder andere wonen, leefomgevingskwaliteit en gezondheid. Wij menen daarom dat er een nieuw perspectief nodig is in het rijksbeleid, waarin de kansen van regio’s op waarde worden geschat en waarin de mensen die er wonen en werken volwaardig meetellen.

Om de onwenselijke brede welvaartsverschillen in Nederland tegen te gaan, adviseren de raden het volgende:

  • Herijk de reguliere beleids- en investeringslogica van het Rijk, door het rijksbeleid te richten op brede welvaart in álle regio’s en het mogelijk maken om budgetten te bundelen.
  • Investeer in langjarige en substantiële programma’s voor regionale ontwikkeling, door regio’s kansenagenda’s te laten ontwikkelen voor een grotere brede welvaart  en als rijksoverheid langjarige investeringsbudgetten beschikbaar te stellen.
  • Werk aan een vitale relatie tussen regio’s en de rijksoverheid door te werken aan een modern spreidingsbeleid en het realiseren van vertegenwoordiging van regio’s bij het Rijk en van de rijksoverheid in regio’s.

Publicatiedatum en -bijeenkomst
Het advies is op 27 maart 2023 aangeboden aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Bruins Slot. Tijdens een publieksbijeenkomst in Veenhuizen overhandigden raadsvoorzitters Jan Jaap de Graeff (Rli), Han Polman (ROB) en Jet Bussemaker (RVS) het advies gezamenlijk aan de minister.

Meer informatie
Voor meer informatie over het advies of uw reactie kunt u contact opnemen met de projectleider Bart Swanenvleugel, bart.swanenvleugel@rli.nl, 06 52012691.