In de 16e eeuw verzetten de Nederlandse provincies zich tegen de eenzijdige invoering 3 belastingen die de Hertog van Alva invoerde om de ambitieuze Spaanse koning Philips van geld te voorzien. Hij had oude afspraken uit het Groot Privilege geschonden; vastgelegd was dat de Staten Generaal vooraf toestemming moesten geven. Het leidde tot onafhankelijkheid en 80 jaar oorlog. De 13 Amerikaanse koloniën verzetten zich in de 18e eeuw tegen ‘hun’ koning George en een vanuit het Engels parlement verordonneerde belastingverhoging waar ze geen inspraak in hadden. Bloedbaden en een onafhankelijkheidsverklaring waren het directe gevolg. De Fransen hadden aan het einde van de 18e eeuw genoeg van de spilzucht van het Hof van Lodewijk en Marie-Antoinette en de oplopende schulden van de Staat. Die opstand leidde tot terreur en de guillotine, met een omverwerping van het zogenaamde ‘ancien regime’.

De kracht van een platte basis
Natuurlijk is hier veel meer over te zeggen. Maar de 3 grote revoluties die inspiratie waren voor de vormgeving van onze staatsvorming, waren allereerst belastingoproeren. Hoe verschillend ook, onvrede over geld en de besteding ervan speelden een doorslaggevende rol. En sindsdien speelt bij de opbouw van de moderne democratie dus ook het innen en het besteden van publiek geld een grote rol. Instituties kregen een vastgelegde rol, met vaste spelregels; budgetrecht voor het parlement, controlebevoegdheden door onafhankelijke rekenkamers en openbaarheid van geldstromen en bestedingen. En stapsgewijs werd iedere burger zonder uitzondering belastingplichtig.

Maar ondanks deze basis is een betoog over democratie en rechtsstaat meestal doorspekt met mooie abstracte woorden en juridisch van karakter. Ik betwijfel of dat buiten de academische wereld ook de woorden zijn waarmee er over wordt gesproken. De democratie zou aan kracht winnen als die wat platter wordt. Omdat de basis per definitie plat is.

Complexe financiële structuren 
En dat is hard nodig. De belastingen die burgers en bedrijven betalen worden bepaald door ontelbare uitzonderingen en specifieke regelingen. Alleen al de inkomstenbelasting kent 22 forfaits - en niet alleen een voor ‘huurwaarde’. Het gedrag van ondernemingen, burgers en bedrijven wordt door honderden wettelijke bepalingen aangemoedigd of juist ontmoedigd. Of die incentives ook effectief zijn, weten we niet. Wat we wel weten is dat de Belastingdienst kraakt in zijn voegen vanwege verouderde IT-systemen en onmogelijke opgaven. We hebben het hen niet makkelijk gemaakt.

En maken we het voor onszelf dan wel leuk? De ongeveer 400 miljard euro die de Staat der Nederlanden jaarlijks uitgeeft, wordt voornamelijk op centraal niveau geïnd en daarna verdeeld. Gemeenten en provincies krijgen via ingewikkelde verdeelsystemen tientallen miljarden uitgekeerd voor hun wettelijke taken en eigen taken. Dat gebeurt op een wijze die slechts door een handjevol deskundigen wordt begrepen. Onderwijsinstellingen krijgen jaarlijks een budget op basis van het aantal leerlingen en diploma’s van 2 jaar terug. Maar hun uitgaven liggen meerjarig vast omdat die voornamelijk bestemd zijn voor gebouwen en docenten. De zorguitgaven worden gefinancierd uit verschillende premies en belastingmiddelen. Maar deze collectieve middelen vallen voor het merendeel buiten de begroting en jaarrekening van de minister. En ook de middelen voor de sociale zekerheid worden weliswaar op basis van premies geïnd door de belastingdienst, maar vallen niet onder het budgetrecht van het parlement.

De principes van de revoluties
Wat maakt een democratie sterk? Bij mij komt het begrip weerbaarheid naar voren. Maar dan niet een vorm van weerbaarheid die uiteindelijk gelatenheid is, omdat alles bij het oude blijft. Nee, weerbaarheid om te hervormen en de basis weer te laten voldoen aan de principes waar die revoluties uiteindelijk om draaiden. Dus vooraf toestemming krijgen om belastingen te heffen en die te motiveren met een duidelijke doel en bestemming. En betrokkenheid van alle betrokken volksvertegenwoordigingen bij de controle en beoordeling achteraf. Om op die manier spilzucht en willekeur te voorkomen en bij te kunnen sturen. Terug naar de bedoeling. Dat zou sterk zijn van de democratie.

Deze blog verschijnt in een serie van de raadsleden van de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) over onze democratie.

De auteur

Arno Visser is voorzitter van Bouwend Nederland en raadslid bij de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB).